Tuinchoreografie voor Rijkwaterstaat
Deze mobiele binnentuin is gelegen in een atrium, een koude kas die als schakelstuk oud- en nieuwbouw met elkaar verbindt. De tuin is ontworpen en uitgevoerd in opdracht van de Rijksgebouwendienst met als eindgebruiker Rijkswaterstaat.
Een overdekte binnentuin is meestal stoffig en statisch, de binnenbeplanting is decoratief en het gebruik is beperkt. Zo niet deze mobiele kantoortuin. De visie achter dit ontwerp heeft alles te maken met Rijkswaterstaat. Deze organisatie is een utilitair bedrijf, alles moet zijn nut hebben en schoonheid is een verscholen dimensie, een soort bijprodukt.
In het ontwerp is de tuin een verlengstuk van het kantoor. De tuin moet functioneren als werkomgeving, dus nuttig en doelmatig zijn. Allereerst is er een kantoortuinagenda opgesteld: hoe kan de tuin bruikbaar worden ingezet in het reguliere werk met veel overlegmomenten, symposia en tentoonstellingen. Vervolgens is gekeken welke attributen daarbij horen en deze zijn vervolgens gekoppeld aan de beplanting in de vorm van een boekenboom, een wachtboom, een koffieboom, een vergaderboom, een rustpauzeboom, een podium en een tweetal “bruggen”. Het mobiele karakter is vertaald in 6 tuinopstellingen die elkaar afwisselen al naar gelang de kantooragenda dat vereist. In deze tuinchoreografie zijn alle attributen zijn verplaatsbaar en worden middels een nauwgezet draaiboek op afroep door een hovenier uitgevoerd. Een uitgekiend lichtplan beweegt mee met de opstellingen. De tuin neemt dus wisselende gedaantes aan naar gelang het gebruik door de seizoenen heen.
locatie Rijkswaterstaat Directie Noord-West in Haarlem
ontwerper Ester van de Wiel en Marnix Tavenier (Buro Mien Ruys)
engenering Ester van de Wiel, firma Bruns, Cock Doll, Toos Rottinghuis (Buro Mien Ruys)
opdrachtgever Rijksgebouwendienst
ontwerp 2000-2004
uitvoering 2003-2005